KATTENGEDICHTEN 6

KATTENGEDICHTEN 9

Een katje uit Den Haag

Een katje uit Den Haag
Had een hele rare vraag
Hij wilde graag eens weten
waarom de meeste katten brokjes eten.

Hij dacht hier is iets niet pluis,
want ik eet meestal een vuistje muis,
ik leef in de natuur,
En de brokjes zijn zo duur.

Plots werd hij gevangen het was heel vaag
ons katje kreeg nu een antwoord op zijn vraag
als je opgesloten bent kun je het vuistje
muis wel vergeten
en moet je dagelijks brokjes eten.

Dorst

Er liep eens een poes met warm weer,
Langs het haarlemmer meer,
ze had het erg warm,
en wandelde met een picknickmandje
onder haar arm.

Op een schaduw plaatsje in het gras,
ging ze zitten en haalde uit haar mandje
een glas,
Ze vulde het glas met water,
en viel in slaap een tijdje later.

Het poesje werd wakker door een droge
mond,
ze pakte het glas water van de grond,
ze heeft geen slokje genomen,
want het water was aan de kook
gekomen.

Hongerige poes

Een poes uit de polder,
kreeg op een dag de gote kolder,
ze rende door het hele huis,
opzoek naar een vuistje muis.

Verwoed was ze aan het zoeken,
in alle gaten en hoeken,
toen stak uit een muizengaatje
een klein muizenstaartje.

De poes had het door
en grijste van oor tot oor
Je wilt echt niet weten
hoe ze het muisje heeft opgegeten

Uit eten

Onze kat moet je weten,
heeft laatst bij de buurtjes gegeten,
Hij sloop er stiekum naar binnen,
en wist nog niet waar hij moest beginnen.

Hij ging op onderzoek uit om alles te bespeuren,
En volgde met zijn neus de heerlijke geuren,
Hij at een harde worst om mee te beginnen,
en begon genoeglijk te spinnen.

Hij liet zich lekker gaan,
de ontdooide biefstuk daar begon hij later aan.
Van al het eten werd hij moe,
onze kat was wel aan een dutje toe.

Eerst ging hij zich uitgebreid wassen,
daarna zocht hij een hoekje waar hij zou passen.
De buurtjes waren heel verrast,
toen ze hem vonden in de voorraadkast.

De zwerver

De zon schijnt, de vogels fluiten .

Ik kwam je tegen,ja, daar buiten .
Je was vermagerd, zat onder de vlooien,

je keek naar mij ,ik dacht: "we zullen het
samen wel rooien".
Ik was verloren, maar zei niets en
dacht:"toch even overwegen."

Misschien kom ik je morgen wel weer tegen.

Ik zag je de volgende dag op de zelfde
plaats weer staan .

En gelijk ging mijn hart weer sneller slaan .

Zo ging dat wel twee weken lang,
je kwam dichterbij,en was niet bang,

tot het moment dat je me zelf vroeg:

"pak me op, en draag me naar binnen.

Ik ben het zwerven zat en wil met jou
een nieuw leven beginnen".

Ziek

Ik ben ziek bijna niemand heeft het nog
gehoord,
ik heb hoge koorts en brand op als een
toorts,
Tussen het dekbed linnen,
begin ik zelfs al vrolijk te spinnen,
mijn ventje noem ik mn stoete kater,
ik drink soms zelfs uit een bakje water,
Al miauwend roep ik mijn poezen,
als ze moeten eten en liggen te soesen,
O jongens ik weet niet meer waar ik het
moet zoeken,
opgekruld als een poes lig ik spinnend in
de hoeken,
ik weet niet hoe het allemaal hier is dus.....
maar ik heb het KATTENVIRUS